Het mobiliteitsplan is een (verplicht) onderdeel van het mobiliteitsconvenant. Dit convenant is een overeenkomst tussen de gemeente, het Vlaams Gewest, De Lijn en eventuele andere partners met de bedoeling gecoördineerd te werken aan de verhoging van de verkeersveiligheid, de verbetering van de verkeersleefbaarheid en de beheersing van de vervoersvraag. In het mobiliteitsplan wordt een toekomstvisie ontwikkeld voor de mobiliteit in de gemeente. In dit plan worden de mobiliteitsproblemen planmatig en multimodaal aangepakt.
Het mobiliteitsplan, de leidraad voor mobiliteit
Het mobiliteitsplan van Denderleeuw eerste generatie is door de provinciale auditcommissie comform verklaard op 19 mei 2003. In 2010 werd dit mobiliteitsplan onderworpen aan een evaluatie waarin onder meer werd nagegaan of de planningscontext veranderd is, of het mobiliteitsplan dient afgestemd op beleidsplannen en/of -domeinen van andere overheden en of de actoren zich nog steeds kunnen vinden in de doelstellingen van het mobiliteitsplan. De resultaten van deze evaluatie vertalen zich in een 'uitkomst' die de toon zette om het bestaande mobiliteitsplan verder uit te werken. Voor onze gemeente werd de uitkomst 'spoor 2: verbreden en verdiepen' bevestigd.
Het verbreden duidt op het aansnijden van nieuwe thema's in het bestaande mobiliteitsplan. Het verdiepen duidt op het verder doorgronden en uitdiepen van bestaande thema's. Volgende thema's werden voor onze gemeente door de gemeentelijke begeleidingscommissie geselecteerd:
-
Masterplan station Denderleeuw/RUP centrum;
-
Uitbouw grensoverschrijdend busvervoer en het optimaliseren van het bestaand aanbod van openbaar busvervoer;
-
Verkeerstechnische en -organisatorische ingrepen/herinrichting/doortochtproblematiek N405;
-
Routes zwaar vervoer/sluikverkeer stationsomgeving.
De evaluatie en verdere uitwerking van deze thema's werd vertaald in een nieuw beleidsplan mobiliteit, dat conform verklaard werd door de regionale mobiliteitscomissie op 18 februari 2013.
Thema 1 – Bipolair masterplan Denderleeuw
Voor het eerste thema werd een uitgebreid parkeerdrukonderzoek uitgevoerd in de wijken ten noorden en zuiden van het station en in het centrum van de gemeente. De mobiliteitseffecten van te ontwikkelen gebieden werden gemeten.
Het bi-polair masterplan voorziet een herinrichting van het centrum als verblijfsgebied en een herinrichting van de stationsomgeving als multimodaal knooppunt op middellange termijn.
Thema 2 – Openbaar busvervoer
Het tweede thema, openbaar busvervoer, wil de bestaande lijnverbindingen optimaliseren door de bestaande buslijnen uit elkaar te trekken en zo te zorgen voor een verbinding met zowel Teralfene als Liedekerke.
De Lijn erkent het potentieel en de nood aan lijnvoering over de provinciegrenzen heen. Een dergelijke aanpassing van het openbaar vervoer kan echter niet budgetneutraal gerealiseerd worden, maar weerhoudt ons voorstel om te evalueren in het kader van gebiedsevaluatie en te realiseren op middellange termijn.
Ook de suggestie die we kregen van de bevolking om door middel van lijnvoering de rusthuizen bereikbaar te maken, werd door De Lijn onderzocht. De realisatie van bediening van het rusthuis Sint Rafaël bleek echter niet haalbaar met regionale bussen omdat het wegennet in onze deelgemeente Iddergem, met uitzondering van de Iddergemstraat en Hoogstraat, niet is aangepast aan dergelijke bussen.
Thema 3 – Verkeersveiligheid en doortocht N405
Voor de N405 werd in thema 3 een streefbeeldstudie opgemaakt die voorziet in een herinrichting van de steenweg met aandacht voor zwakke weggebruikers. De N405 werd opgedeeld in verschillende gebieden. Voor elk gebied werd een type dwarsprofiel ontworpen.
Ook lokale wijken die gebruikt worden als sluiproute willen we opnieuw hun verblijfskarakter teruggeven door bijvoorbeeld kruispunten in te snoeren en straten, zoals de Steenveldlaan en De Nayerstraat, herin te richten vanuit verkeersveiligheids- en verkeersleefbaarheidsoogpunt.
Stimuleren van fietsversplaatsingen
Naast het bovenlokaal fietsroutenetwerk werden ook lokale fietsroutes uitgetekend om de maaswijdte van het bovenlokale netwerk te verkleinen en te zorgen voor lokale routes gericht op fietsverplaatsingen naar attractiepolen binnen onze deelgemeenten. Daarbij worden op strategische punten veilige fietsoversteken van de N405 voorzien om te zorgen voor veilige fietsroutes tussen het oosten en westen van onze gemeente.
Het scheiden van fiets- en autoverkeer aan de oversteek van de N405 met de Kouterbaan is bijvoorbeeld één van onze voorkeurscenario’s.
Trage wegenbeleid
Door inventarisatie en de opmaak van een trage wegenplan willen we deze slimme doorsteekjes voor voetgangers en fietsers die wijken, recreatiecentra en dorpscentra met elkaar verbinden een tweede leven inblazen om zo te komen tot een netwerk van langzaam verkeer doorheen onze gemeente.
Naast inventarisatie en opmaak van een trage wegenplan plannen wij ook opwaarderingsacties voor belangrijke trage verbindingen en de uitgave van trage wegenkaart op korte termijn.
Thema 4 – Wegencategorisering en vrachtverkeer
Voor het vierde thema werd onderzoek gedaan naar het aandeel zwaar vervoer en het parkeren van zwaar vervoer in woonwijken. Het beleid wil door middel van handhaving de vrachtwagens uit de woonwijken halen en in overleg met de handelszaken op de steenweg de parking na sluitingstijd ter beschikking stellen als slaapplaats.
De wegencategorisering werd aangepast: de N405 blijft behouden als lokale I en heeft voor heel Denderleeuw een ontsluitende functie en verbindende functie op lokaal vlak. Een aantal wegen zoals bijvoorbeeld de as Hoogstraat-Landuitstraat worden nu geselecteerd als lokale II en hebben enkel een ontsluitende functie voor Denderleeuw of haar deelkernen.